taalwijs.nu

taalwijs.nu

Een dag voor talendocenten en ieder die werkt in de Droomfabriek die school heet 

door Joke Aartsen, 32 jaar docent Nederlands, Stellingwerf College Oosterwolde

Vrijdag 20 januari vond de jaarlijkse Dag van de Taal, Kunsten en Cultuur plaats in het Academiegebouw in Groningen. Deze dag voor docenten in talen en kunstvakken wordt sinds 2001 georganiseerd door de RUG. Het programma is elk jaar weer zeer gevarieerd, informatief, inspirerend, soms verrassend en zeker enthousiasmerend.

De plenaire lezing in de prachtige aula van het Academiegebouw werd dit jaar verzorgd door de bekende Groninger dichter Jean Pierre Rawie. Hij besprak vertaalde poëzie, het zorgenkindje van de volgens hem toch al stiefmoederlijke cultuur in Nederland. Volgens de dichter-vertaler Rawie is ieder gedicht vertaalbaar. Het gedicht zoekt vaak de vertaler en als die vertaler een blik gegund is op het zogenoemde ‘oerbeeld’ is het mogelijk ‘naar het gedicht toe’ te vertalen. Natuurlijk zijn er handicaps, als een verschil in woordgeslacht in brontaal en vertaaltaal, waardoor een woord een verschillende associatie bij de lezer op kan roepen. Wat ook een uitdaging kan vormen, is een verschil in ‘werkelijkheid’ tussen de wereld van de brontaal en die van de vertaaltaal, bijvoorbeeld als het ene land wél en het andere geen seizoenen kent.

Een hoofdregel bij het vertalen moet zijn dat de vertaling iets toevoegt aan de (in ons geval) Nederlandse poëzie. Het vertaalde gedicht moet ook zonder origineel de moeite waard zijn. Een hoofdzonde is het, wanneer het gedicht er in vertaalde versie op achteruit gaat. ‘A good poem should not be turned into a bad one,’ citeerde Rawie de 19e-eeuwse Engelse dichter Dante Gabriel Rossetti.

In het uitgebreide keuzeprogramma na de lezing was er een ruim aanbod van workshops voor de vele deelnemende kunstvakdocenten of docenten Nederlands, Engels, Duits, Frans en Spaans. Er waren geen workshops specifiek voor NT2-docenten, maar zij konden zeker zinvolle informatie halen uit de vele onderdelen voor neerlandici. 

Zo promootten Coen Peppelenbos en Marijke Meijer Drees hertaaluitgaves van de Groninger uitgeverij kleine Uil. Er zijn inmiddels zes ‘hertalingen’: van abele spelen (middeleeuwse toneelstukken), romans van Couperus (eind 19e, begin 20e eeuw), van de Reynaert (13e eeuw) en van Sara Burgerhart (18e eeuw). In 2022 is een hertaling van Vondels Lucifer uitgekomen. Dit is een uitgave die goed geschikt is om te gebruiken in het onderwijs, maar natuurlijk voor iedere geïnteresseerde lezer een toegankelijker versie is dan het 17e-eeuwse origineel. Beter een ‘hertaling’ die wel gelezen wordt, dan (alleen) een originele versie die door niemand meer gelezen wordt, is het uitgangspunt van deze bevlogen literatuurliefhebbers.

In de workshop ‘Poëzie op maat’ nam Hans Das de deelnemers mee op zijn zoektocht naar de juiste gedichten voor leerlingen, een onderwerp waarop hij binnenkort aan de RUG hoopt te promoveren. Zijn ‘leesniveaus’ voor gedichten vormen en geven een overzichtelijk en handzaam handvat waarmee docenten en leerlingen hun weg kunnen vinden in het overdadige poëzielandschap. Makkelijk en eenduidig of juist moeilijk en abstract taalgebruik, eenvoudig te begrijpen of lastiger te vatten onderwerpen, variatie in vormen: er is voor lezers van elk niveau een geschikt gedicht. Zo kan dit ‘terminaal zieke’ genre ongetwijfeld weer tot leven gekust worden, niet alleen voor leerlingen, maar zeker en vast ook voor gewone grote mensen.

‘Boekenclubs in de klas’ is het onderwerp waarop Anouk de Kleijn dit jaar hoopt te promoveren. Ook in deze workshop speelt de leespromotie een belangrijke rol. Leerlingen worden ingedeeld in een eigen lees- en interesseniveau en kiezen daarna met een groepje gelijkgestemden met behulp van een ‘boekzoektool’ een boek dat bij hen past. De leesmotivatie lijkt te stijgen door deze vorm, waarbij aandacht en vrijheid is voor lezen op eigen niveau en waarbij leerlingen hun leeservaringen delen door er met elkaar over te praten. 

NT2-docenten kunnen dus zeker hun voordeel doen met de informatie en werkvormen uit de bovenstaande workshops. Bovendien was er naast de bovengenoemde vitamine L-onderdelen er ook een ruim aanbod aan workshops over schrijven, lezen en spreekvaardigheid in en voor het Nederlands aan het vo, waar dat ongetwijfeld ook voor geldt.

Daniela Fasoglio en Marion Tammenga-Helmantel van SLO trokken een volle zaal met hun bijdrage over de actualisatie van de examenprogramma’s MVT.

Zoals elk jaar biedt het programma ook elke MVT-docent wat wils. Interessant is de vakbijeenkomst per moderne vreemde taal (Engels, Duits, Frans), waarin de vo-docent bijgepraat wordt over de nieuwste ontwikkelingen binnen zijn of haar vakgebied. Vervolgens wordt in alle workshops in het keuzeprogramma hardop nagedacht over de praktijk van het vreemdetaalonderwijs op de middelbare school en uitdagingen daarin. Herhalen als leermethode (bij Frans) aantrekkelijk maken, bijvoorbeeld door gamification, motiverende en inspirerende lessen en methodes toepassen bij (Spaans) literatuuronderwijs, inclusiviteit in het onderwijs, zin en onzin van (te veel) feedback door de vreemdetalendocenten: dit is nog maar een kleine greep uit een origineel en schier onuitputtelijk aanbod van workshops. Ook over de vakvernieuwingscommissie die, begeleid door de SLO, nieuwe examenprogramma’s voor de verschillende talen ontwikkelt, kan de MVT-docent informatie krijgen op deze dag.

Veel workshops worden gegeven door promovendi of medewerkers van de universiteit die onderzoeken hoe het taal- en kunstonderwijs ook, anders en beter kan. Zo wordt vanuit het Meesterschapsteam Moderne Vreemde Talen, een denktank van onderzoekers naar taalleren en taalonderwijs van verschillende Nederlandse universiteiten, gepleit voor meer inhoud over taal en cultuur in het MVT-onderwijs, waarin het drieluik taalvaardig, taalbewust en cultuurbewust tot zijn recht komt.

Er wordt dus veel gedeeld, geleerd en geïnformeerd op de Dag van de Taal, Kunsten en Cultuur. Dat is mooi en waardevol, maar de grootste kracht van de dag zit hem in de enorme vibe die uitgaat van de sfeer op de dag, die bepaald wordt door de betrokken en gedreven middelbareschooldocenten, de mensen die elke dag met hun voeten in de modder staan -en met hun hoofd in de wolken. 


terug

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *