Al decennialang komen taalkundigen van over heel Nederland samen om hun meest recente werk te bespreken op de Grote Taaldag. De laatste 5 jaar heb ik deze dag zelf mee georganiseerd en ben ik vooral aan het rondlopen geweest in (fysieke of virtuele) gebouwen. Dit jaar, op 4 februari, kon ik voor de eerste keer weer eens ‘gewoon’ deelnemen. En ja, het was leuk. ?

De Grote Taaldag is de enige conferentie in Nederland waar alle taalkundige praatjes welkom zijn: iedereen die een voorstel indient krijgt een plaatsje in het programma. Het gevolg hiervan is dat je een enorme variatie krijgt: van masterstudenten tot hoogleraars en van volledig uitgewerkte proefschriften (bijv. over als-constructies) tot een eerste brainstorm over hoe letterlijk een uitdrukking als letterlijk en figuurlijk nu geïnterpreteerd zou moeten worden. Of hoe een woordje als samen wel de nagel aan de doodskist moet zijn van elke docent die woordsoorten onderwijst (bijwoord?, partikel?, …???).

Het Nederlands is zeker niet de enige taal die ter sprake kwam. Zelf ben ik ook bij praatjes geweest over het Mandarijn en het Spaans maar er waren er ook over het Fries, Duits, Engels, Frans, Oekraïens, Wolof, Kynyakyusa en zelfs het Esperanto. En naast meer theoretische presentaties was er ook volop aandacht voor toepassing, met praatjes over taalonderwijs of over hoe we op een nieuwe manier zijn beginnen communiceren sinds de komst van Covid.

Nederland staat in het buitenland bekend als het land met de meeste taalkundigen per vierkante kilometer (ik woon in een gebouw met 18 appartementen waar er tot voor kort drie woonden). Dit was ook te zien op de Grote Taaldag  waar voor dag en dauw een honderdtal deelnemers hun Teams opstartten voor de keynote lecture van Jacomine Nortier en Gerrit-Jan Kootstra. Deze keynote was ter nagedachtenis van Pieter Muysken (†2021), één van de grootste taalkundigen die Nederland ooit gekend heeft en die als geen ander algemene en toegepaste vraagstukken wist samen te brengen [kijk hier voor een pdf van de presentatie slides]. Verspreid over de dag waren er ongeveer 200 deelnemers en tijdens de laatste plenaire sessie gaven – na meer dan 7 uur presentaties –  nog een honderdtal mensen present.

Die laatste sessie is dan ook elk jaar heel bijzonder. Het is het moment waarop de resultaten bekend worden gemaakt van de AVT/Anéla Dissertatieprijs en de LOT Populariseringsprijs. Dit jaar was er uitzonderlijk ook een uitreiking van de LOT oeuvreprijs. Wil je weten waar die prijzen voor staan en wie ze dit jaar gewonnen heeft? Kijk dan in één van de volgende edities van deze nieuwsbrief ?

Bert Le Bruyn